Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Gij zegt: [47]Het is tevergeefs God te dienen; want wat nuttigheid is het, [48]dat wij Zijn wacht waarnemen, en [49]dat wij in het zwart gaan, voor het aangezicht des HEEREN der heirscharen? 47. Verg. Job 21:15. 48. Dat is, dat wij onderhouden wat Hij ons bevolen heeft te onderhouden. 49. Dat is, dat wij treuren en leed dragen in zwarte klederen. Zie Job 30:28, en Ps.38:7, en Ps.42:10, en Ps.43:2.